De bladeren van deze zeldzame Alocasia-soort hebben een grijsachtige bovenkant en een lichtgroene onderkant. De soort groeit van nature op leemachtige hellingen in de regenwouden van Borneo. Op hoogtes tussen 500 en 800 meter boven zeeniveau. De plant wordt ongeveer 40 cm hoog en heeft enkele bladeren tegelijkertijd die een breedte van 25 cm kunnen bereiken. De bloeiwijze is wit met een roze-rode basis en de bloemen worden na bestuiving gevolgd door oranje bessen met daarin 1-3 zaden.
Het is een tropische soort die het beste groeit op een standplaats met een hoge luchtvochtigheid (>60%) en temperatuur (>20grC). Zorg daarnaast voor een lichte standplaats zonder direct zonlicht en een goed doorlatende grond met bijv. perliet en schors. Houd de grond constant licht vochtig, maar niet te nat.
De soort is vernoemd naar Dr. Paul P.K. Chai, een Indonesische botanist die veel onderzoek heeft gedaan naar plantensoorten op Borneo.
Zaaibeschrijving: Het al gekiemde zaad kan direct worden overgezet in een goed doorlatende grond met organisch materiaal. Houd de grond constant licht vochtig en een temperatuur van 25-30grC is optimaal voor de eerste ontwikkeling.