De peulen van deze plant worden johannesbrood genoemd en zijn vooral te vinden in het Middellandse Zeegebied. Ze hebben een hoge voedingswaarde en worden onder andere geroosterd en vermalen tot carobpoeder: een alternatief voor cacao. Ook worden er verschillende likeuren en siropen van gemaakt. Van de zaden wordt johannesbroodpitmeel gemaakt dat als verdikkingsmiddel onder E-nummer E410 aan verschillende producten wordt toegevoegd. Maar waar de zaden vooral bekend om zijn geworden, is dat ze altijd precies 0,2 gram zwaar zijn: 1 karaat. Daardoor werden ze vroeger gebruikt voor de gewichtsbepaling van onder andere diamanten en goud. Karaat komt van het Griekse woord kerátion dat kleine hoorn betekent en refereert aan de peulen van de johannesbroodboom.
De boom kan in de natuur gemakkelijk 15 meter hoog worden, maar wij kunnen de soort houden als kuipplant bij een minimum van -6 graden Celsius. Op een beschutte plek met bescherming kan de plant mogelijk overwinteren in de tuin. De soort is meestal tweehuizig, waardoor er minstens twee planten nodig zijn voor het verkrijgen van peulen.
Zaaibeschrijving: Zaden kort overgieten met heet water en vervolgens 24 uur in lauwwarm water laten weken. Zaaien in zaai- en stekgrond en bij 22-25 grC laten kiemen. Grond daarbij constant vochtig houden.