De woestijnroos groeit van oorsprong in de droge woestijngebieden ten zuiden van de Sahara en valt vooral op door de grote opgezwollen stam. In deze stam wordt water opgeslagen, zodat de plant bestand is tegen lange periodes van droogte. De plant kan uitbundig in bloei komen met roze-witte bloemen en dat ziet er vooral in de woestijn bijzonder uit. Het is een makkelijke kamerplant die ook goed te houden is als bonsai. Er is inmiddels vaak met de plant gekruist, waardoor er allerlei hybriden bekend zijn met uiteenlopende bloemkleuren en bladvormen. In de wintermaanden kunnen de bladeren afvallen, waarna de plant vanzelf weer uitloopt. Het plantensap is giftig en werd vroeger gebruikt voor het maken van gifpijlen.
Zaaibeschrijving: Zaden 24 uur laten weken in water en vervolgens oppervlakkig zaaien in een mix van zand en zaai- en stekgrond (1:1). Kieming vindt meestal plaats na enkele weken op een warme, lichte standplaats (25-30grC). Grond daarbij constant licht vochtig houden.
Familie: Apocynaceae
Latijnse naam: Adenium obesum
Nederlandse naam: Woestijnroos
Oorsprong soort: Sahel
Zaaitijd: Hele jaar
Moeilijkheidsgraad: Gemiddeld
Minimumtemperatuur: 15 graden Celsius